Schaatsen

Nadat je het fietsen hebt afgerond loop je door naar het einde van de fietsenstalling en maak je een bocht naar links waarna je richting de schaatshal loopt. Binnen gekomen loop je rechtdoor naar het midden van het rechte eind van de ijsbaan. Daar staan bankjes klaar die je kunt gebruiken om je schaatsen aan te trekken. Als je gaat zitten krijg je een gele tas met je startnummer erop overhandigd. Stop de spullen die je achter laat in die tas; deze tassen worden, nadat je het ijs op bent gegaan, weggehaald en tijdelijk opgeslagen!

LET OP: je mag het ijs pas op als

·        het gehele lichaam (m.u.v. het hoofd) met kleding bedekt is

·        de helm vast zit

·        men beide handschoenen om de handen heeft

Je mag dus NIET in een korte broek of met korte mouwen schaatsen!

De achterliggende gedachte is dat als je valt je minder kans hebt op snijwonden!

Zodra je over de finishlijn rijdt begint pas de schaatstijd te lopen. Kijk goed uit tijdens het schaatsen! De snelle rijders zitten in de binnenbaan; ben je dus niet zo  snel op de schaats, rij dan in het midden of aan de buitenkant van de baan. Je moet snellere rijders de ruimte geven om binnendoor te passeren maar het is ook aan de snelle rijders op de binnenkant om er rekening mee te houden dat niet iedereen even snel en handig op de schaats is! Je moet zelf de rondes bij houden die je geschaatst hebt. Sommige mensen hebben een teller in de hand, anderen hebben iemand aan de kant die de ronden telt. Het is aan jezelf hoe je dit regelt! Er hangen langs de ijsbaan 2 LED-schermen; daarop worden de mensen getoond die binnenkort klaar zijn met schaatsen, met het aantal rondjes die ze tot dat moment hebben afgelegd.